woensdag 4 december 2013

Boeuf Bourguignon

Culinair gezien maak ik sinds mijn Franse bestaan een onverwachte ontwikkeling door. Nam ik tijdens mijn vrijgezellenbestaan in Nederland geregeld genoegen met een zak Croky als avondmaal, toen Rob en niet veel later de kinderen zich in mijn leven aandienden, kwam ik daar niet meer mee weg. Het moest gezond, maar ook snel, want een maaltijd moest bereid worden tussen pakweg kwart voor zes (thuis van werk en kinderen opgehaald van de crèche) en kwart over zes. Gelukkig bood de Appie uitkomst. Ontelbare zakken voorgesneden groenten, kant en klare salades, voorgeschilde aardappelen en stoompakketjes voor in de magnetron heb ik er weggepind. Op zondag was er de Chinees en de Patatzaak (ook een Chinees) en had mama een 'vrije dag'.
Hoewel de Fransen hoog opgeven over hun culinaire kwaliteiten merken we daar in de Creuse niet zo veel van. De dichtstbijzijnde supermarkt (12 kilometer) biedt weinig variëteit. Sinds we hier wonen bestaat het broodbeleg uit kaas (Goudse, uit Nederland), ham (keuze uit pakjes met 4 of 6 dikke plakken), worst, jam en chocoladepasta. Aangevuld met pindakaas en hagelslag als er bezoek uit Nederland is geweest (waar we dan vervolgens weer van moeten afkicken als het op is). Lekkernijen als kipkerriesalade, boterhamworst, filet americain, fricandeau, slavinkjes, cordon bleu, de heerlijke plumpuddinkjes van Mona....das war einmal.
Noodgedwongen deed ik al snel mijn keukenschort om (die ik in Nederland niet had) en trof ik op internet een voor mij compleet nieuwe wereld aan: een oneindige stroom recepten uit alle hoeken van de wereld waar ik het bestaan niet van kende, laat staan dat ik ooit een poging had gedaan deze zelf te bereiden. Inmiddels heb ik een digitaal kookboek waar ik recepten in opsla en probeer ik geregeld nieuwe gerechten uit. De maaltijdsalades die ik voorheen kant en klaar kocht, maak ik nu zelf, maar ook ovenschotels, soepen en quiches, liefst met groenten en kruiden uit eigen tuin. Nog altijd ligt er een geruststellend aantal pakjes Conimex kruidenpasta's in mijn kastje, voor een snelle, makkelijke hap, maar over het geheel genomen ben ik creatiever dan ik ooit in de keuken was.
Over mijn noeste keukenarbeid hield ik mijn mond tegenover mijn Franse buurvrouwen. Want als het over eten gaat, steekt het chauvinisme hier pas echt goed de kop op en weten de dames het natuurlijk altijd beter. "Koop een mooi stuk lamsbout bij de slager en kom op zaterdagmiddag naar met toe; dan leer ik je koken", zei de één belerend toen we hier nog maar net neergestreken waren. "Laat me je pannenset eens zien", zei de ander, terwijl ze ongevraagd in mijn kastjes dook om vol afgrijzen te constateren dat ik niet beschikte over een cocotte en fonte (gietijzeren braadpan) en een cocotte minute (snelkookpan). Ik liet me niet van de wijs brengen en fabriceerde er lustig op los: gratin parmentier met gehakt en witte kool, romige gebonden champignonsoep, witlof met mozarella en balsamicoazijn, niks was te gek. Mijn zelfvertrouwen groeide met de dag en tegenwoordig durf ik het zelfs wel eens aan een zelfgebrouwen soepje langs te brengen bij de buren, of een gratin van aardperen die ik uit hun moestuin gekregen heb. 'Je begin steeds vaker Frans te koken hé', zegt ze regelmatig goedkeurend.
Laatst kregen we Franse vrienden te eten en durfde ik het aan Boeuf Bourguignon te maken. "Zou je het niet eerst eens uitproberen", opperde Rob voorzichtig, maar ik oordeelde dat dit absoluut niet nodig was. "Ik weet het niet, Maris", zei Rob nadat ik even was gaan hardlopen, terwijl het vlees lekker doorsudderde op het lage vuur. "Het vlees wordt keihard en het lijkt kurkdroog". Ik las het recept nog eens zorgvuldig door en concludeerde dat ik alle stappen volgens de beschrijving had doorlopen. We proefden nogmaals; het smaakte weliswaar goed, maar het vlees was opvallend taai. Hier kon ik bij mijn Franse vrienden niet mee aankomen, en dus draaiden we snel een eenvoudige zuurkoolschotel in elkaar. Over de Boeuf Bourguignon repten we met geen woord. Later op de avond kwam buurvrouw nog even langs en besloot ik over mijn trots heen te stappen en te vertellen wat zich in mijn pannen had afgespeeld. Ze boog diep over de pan en stelde enkele kritische vragen, over de afkomst van het vlees (toevallig ook haar slager, dus dat kon natuurlijk het probleem niet zijn) en mijn manier van marineren. "Dat vlees is nog goed", oordeelde ze. "Geef maar mee, ik weet er wel raad mee." Een uur later kwam ze terug, met een heerlijk zachte Boeuf Bourguignon. "De cocette minute", zei ze stralend. "De eerstvolgende keer dat je dit gerecht gaat maken, kom je eerst bij mij langs", gebood ze. Ik knikte gedwee. Ik gaf de strijd op. Buurvrouw had gewonnen.
Op mijn verlanglijstje voor Kerst staat een snelkookpan. Maar wel één uit Nederland. Lekker puh.

Manu werd 3 jaar. Bon anniversaire, Manu!




En mocht hij natuurlijk trakteren op school.

En cadeautjes uitpakken.

Doordat er sneeuw op komst was, maakte boer Didier overuren
en was hij vaak tot in de late uurtjes bezig met ploegen.
Tot groot vermaak van de boys.

Viggo et le bois.

Aankomst van Sinterklaas in Groningen.
Het blijft een vreemd dit te beleven op het Franse platteland.

 

Om in sinterklaassferen te komen (of te blijven) klik hier.
                                  


donderdag 7 november 2013

Naoberschap

Naoberschap (nabuurschap) is een begrip uit Oost-Nederland waarbij de gezamenlijke noabers (buren) in een kleine, overwegend agrarische gemeenschap zich houden aan de noaberplicht en ze elkaar indien nodig met raad en daad bijstaan.

"Hier op het platteland staan mensen altijd voor elkaar klaar. Iedereen kent elkaar en helpt waar nodig", zei mijn Franse buurvrouw niet zonder trots, toen we ruim anderhalf jaar geleden in Frankrijk arriveerden. Ik had sterk de indruk dat ze ons op onze plichten wilde wijzen en vroeg me af wat naoberschap in de Creuse in de praktijk zou betekenen.
Vaak heeft ze gelijk. Buurvrouw heeft in de beginperiode regelmatig op Manu gepast. Rob helpt wel eens met klussen in en om hun huis, en in geval van nood staan we voor elkaar klaar. Dat een goede buur beter is dan een verre vriend, geldt zeker op het platteland. Opgelucht belde ik mijn buurvrouw met het verzoek Viggo op te pikken van de schoolbus toen ik met de auto achter een kudde koeien stil kwam te staan. Zo kan ik nog vele voorbeelden noemen. Maar recentelijk zijn we er achter gekomen dat er aan dit naoberschap ook duistere kanten zitten.
Ons hameau telt vier huizen en twee afvalcontainers, voor elke twee huizen één. Laatst betrapten we  de boer uit een verderop gelegen gehucht op het dumpen van afval in de container van onze buren, die met vakantie waren. We wandelden ons weggetje uit toen hij zijn auto aan het uitladen was. We konden absoluut niet om elkaar heen, al leken wij de situatie pijnlijker te vinden dan hijzelf. We maakten een praatje over het weer, en we vroegen wanneer zijn zoon, die gebruik maakt van ons land, kachelhout zou komen brengen. Ouderwetse ruilhandel, zoals dat hier gebruikelijk is. Na ons praatje wandelden we verder, en zagen we tot grote ontsteltenis dat hij schaamteloos doorging met het storten van het puin. Afval in de vorm van auto-onderdelen, lege jerrycans en verfblikken, zo zagen we op de terugweg. Bestemd  voor de vuilstort en niet voor een container. En zeker niet die van een ander.
We waren het voorval alweer vergeten toen we de betreffende container enkele dagen later op een andere plek zagen staan, namelijk pal voor het huis van de buren in plaats van aan het einde van het weggetje. "Iemand heeft afval gedumpt in onze container", verklaarde de buurman verontwaardigd. Hij zei te weten wie de dader was en had dit ook gemeld bij de burgemeester van ons dorp. Zij had verontwaardigd gereageerd, maar helaas om de verkeerde reden. Ze was niet boos vanwege de asociale actie van de boer, maar omdat onze buren bij haar kwamen klagen. Hoe durfden ze de lokale boer te beschuldigen van een dergelijke actie? "De boeren zijn heer en meester in Frankrijk", vertelde de buurman. "Ze worden beschermd op alle fronten en op alle niveaus, omdat ze het Franse platteland levendig houden."
Politiek staat hier dichtbij de burger. Veel dichterbij hoeft het van mij niet te worden. Ik krijg in de omgeving vaak positieve reacties als ik vertel in Lioux les Monges te wonen. Waar er in andere plaatsen werkelijk niks (meer) te beleven is, hebben wij in ons charmante, uit natuursteen opgetrokken dorpje, met zo'n vijftig bewoners in de winter en het dubbele aantal in de zomer, een heuse feestcommissie - Viva Lioux - , en de Grange, een soort dorpshuis waar alle festiviteiten gehouden worden. Paaseieren zoeken voor de kinderen, schildercursussen, muziekoptredens, discussieavonden, niks is te dol in Lioux. Onze eigen buurvrouw is de trotse président. Ik was altijd in de naïeve veronderstelling dat het peace & paix was tussen de dorpsbewoners, maar zo goed blijk ik niet op de hoogte. "C'était la guerre dans le village ('Er was oorlog in het dorp'), de hele zomer lang", vertelde een andere buurvrouw. Strijd om de macht in de feestcommissie, meningsverschillen over de financiën, de activiteiten en ga zo maar door. Het was volledig aan me voorbij gegaan.
Naoberschap is een mooi fenomeen. Het heeft wel iets om in zekere mate van elkaar afhankelijk te zijn en is het fijn om hulp te geven en te ontvangen. Maar er zijn grenzen. Wat ben ik blij met ons domeintje aan het einde van een doodlopende weg, op drie veilige kilometers van het dorpsgekonkel.

De kinderen hadden twee weken vakantie (Vacances de la Toussaint) en opa en oma kwamen een weekje op bezoek en hielpen met snoeien van de heggen waardoor het mooie uitzicht over de velden achter ons huis in ere werd hersteld.

 




 

En toen werd tot onze vreugd het mais aan de achterkant van ons huis van het veld gehaald en kunnen we weer genieten van ons mooie uitzicht. Zie hier het filmpje.

Manu was niet bij het raam weg te slaan om de grote landbouwmachines te aanschouwen.

Het mais is bijna weg. Quelle belle vue!

Met prachtig herfstweer gingen we een dagje naar Les Pierres Jaumâtres, een leuke plek in het noorden van de Creuse, met op een bergrug een indrukwekkende verzameling rotsen en keien, met een leuk chaletrestaurant en allerlei activiteiten voor kinderen en volwassenen.





'Ik ben een superheld', zegt Manu, klaar om te klimmen in de touwen tussen de bomen.


 




Met de bergtrein 1465 meter omhoog,
de Puy de Dôme op. 
Panoramique des Dômes




En perentaart, welja.
De hoogste vorm van noaberschap:
Zuurkoolstamppot maken voor je Franse
buren met rookworst uit Nederland.









....bij de ronkende kachel....
het is echt herfst geworden!
Uitrusten.....

























vrijdag 18 oktober 2013

In de media

Twee verhalen over (onze) emigratie verschenen in:
 
AD Weekend (12-10), te downloaden via
http://mariskasmolders.nl/algemeen-dagblad-2/
De Brug (9-10), te downloaden via 
http://mariskasmolders.nl/de-brug-2/




donderdag 3 oktober 2013

Appelmoes, bramenjam et la Fête du champignon


Nadat het bezoek vertrokken was, en na een heerlijk weekje vakantie in Monflanquin, Lot et Garonne, bij Domaine le Vignal, begon in september weer het echte leven. De jongens naar school: Viggo naar de Grande Section, bij maître Alain, een voor Franse begrippen indrukwekkend grote man, met dito stemgeluid en bewegingen. En met een grote passie voor zijn kleuterschool, voor de kinderen en hun ontwikkeling. De kinderen zitten niet langer gezellig in een kringetje, maar achter een heuse lessenaar, en worden al zeer serieus aan het werk gezet. "Bij maître Alain kunnen alle kinderen aan het einde van het jaar lezen en schrijven", vertelde mijn buurvrouw trots, maar ik had mijn bedenkingen of dit een louter positieve boodschap was. Viggo is thuis wel erg fanatiek met het aan elkaar en strak tussen de lijntjes schrijven van Peupeu le terrible en dat tien keer achter elkaar. "Het hoeft niet meteen perfect hoor, als je maar je best doet", benadruk ik regelmatig als tegenhanger van het nogal serieuze Franse (kleuter)onderwijs (hoorde ik hier trouwens mijn moeder praten?).
Manu toonde aanvankelijk enige tegenzin om weer naar de kleuterschool in Merinchal te gaan. Zijn lieve en vertrouwde juf Coralie bleek te zijn verhuisd naar de Corrèze, en is vervangen door maître Olivier. Gelukkig huppelt hij 's ochtends alweer vrolijk zijn klasje binnen, eet hij meestal mee in de kantine, houdt daarna een sieste op een minibedje om daarna weer lekker (buiten) te spelen. Geen vervelende dagindeling, toch? Afhankelijk van ons werkschema haal ik hem soms al om 12.00 uur op, maar dit hoef ik vooraf niet aan te geven. Ideaal, dit flexibele schoolsysteem.
De réunions de rentrée zijn achter de rug. Tijdens deze bijeenkomsten aan het begin van het nieuwe schooljaar kunnen de (nieuwe) ouders kennismaken met de docenten en zich laten infomeren over het reilen en zeilen op school. Van de leerstof tot de plek waar de ouders moeten wachten op het schoolplein, de kantinemenu's, geen detail blijft onbesproken en ik ben er inmiddels achter dat ik er rustig anderhalf uur voor moet uittrekken. Ook met het invullen van alle formulieren voor school ben ik gemakkelijk een avondje zoet. Logisch dat we onze namen en contactgegevens moeten opgeven. Ook belangrijk: Wie kan er gebeld worden en cas d’urgence? De huisregels dienen we te ondertekenen, alsmede een schriftelijke toestemming voor het innemen van medicatie op school, en of Monsieur le directeur alle noodzakelijke maatregelen mag nemen in geval van nood, waarbij onze huisarts vermeld dient te worden. Begrijpelijk. Dan stuit ik op de Autorisation parentale pour la collation du matin. Google Vertalen geeft geen logische vertaling voor Collation, maar na nog eens rustig doorlezen begrijp ik dat ik hier toestemming moet geven of Manu de ochtendsnack mag nuttigen. Een verklaring over het dragen van een bril, over het al dan niet gebruiken van foto’s en filmpjes van onze koters, over de voor- en de naschoolse opvang, de schoolbus, de kantine en het eten van taart en snoep tijdens bijzondere gelegenheden zoals verjaardagen. Na een paar uurtjes ben ik klaar en kunnen we de kinderen met een gerust hart naar school laten gaan.
Zelf nemen we tegenwoordig ook een ochtend in de week plaats in de schoolbankjes. Ik was begin dit jaar al begonnen met Franse les voor gevorderden; Rob zit sinds de zomervakantie in een beginnersgroep. Allebei zitten we tussen de Engelsen, Schotten, Bulgaren, Turken, en bij mij zit er zelfs een verdwaalde Japanse en een Moldavische puber in de klas. Een  gemêleerd gezelfschap en veel leuke, nieuwe contacten. Het eerste uur wordt besteed aan conversatie, waarbij ieder om de beurt iets vertelt. Onderwerpen die opvallend vaak terugkeren zijn de kinderen, school, huisdieren, verbouwingen, de moestuin en de Franse bureaucratie. Steeds vaker moet ik diep graven naar een nieuw, nog onbesproken onderwerp dat ik ook wil delen met mijn cursusgenoten. Na de pauze besteedt de docent aandacht aan grammatica en schrijfvaardigheid en maken we een oefening. 
Naast mijn tekstbureau ben ik in het voorjaar gestart als agent commercial voor de Engelse makelaarsorganisatie Leggett Immobilier. Ik heb een interne cursus gevolgd op het hoofdkantoor in de Dordogne en ben nu druk doende met het vullen van een eigen huizenportefeuille in de Creuse en Puy de Dome. Interessant en  afwisselend werk, waarbij ik de regio nog beter leer kennen en ik in contact kom met een grote diversiteit aan mensen, verkopers en (aspirant)kopers, veelal Frans, Engels, Belgisch en Nederlands. Afgelopen week nam ik een huis in de verkoop en stond ik bijna met mijn voet op een enorme  schilpad, oorspronkelijk uit Senegal, vertelde de Franse eigenaresse van het huis die een winkel in tropische reptielen had gerund.


We hebben kortom genoeg te doen, en dan vergeet ik nog bijna te vertellen dat we steeds meer uit onze tuin weten te halen. Waar we vorig jaar slechts met een schuin oog keken naar de rijpe appels en peren, niet goed wetend waar we de tijd en energie vandaan moesten halen om deze te verwerken tot iets eetbaars; dit jaar hebben we GeOogst. Bescheiden, dat wel, maar Rob is voor zijn doen behoorlijk losgegaan in de keuken en heeft de appels verwerkt tot appelmoes en appeltaart en de peren tot stoofpeertjes. Samen met de kinderen hebben we bramen geplukt en jam gemaakt. Zelf heb ik liters verse tomatensoep ingevroren. De Creuse doet rare dingen met een mens. Ook in de regio is men in de ban van seizoensproducten en zijn ze onderwerp van allerlei festiviteiten. Ieder zichzelf respecterend dorp heeft wel een Fête du champignon of een Foire à la pomme de terre, met kraampjes met het betreffende product en wat je er culinair mee kunt doen, maar ook met leuke kinderactiviteiten en muziek. Onze agenda is gevuld!






 
 












En natuurlijk werd er ook nog geklust. Samen stortten we een nieuwe betonvloer in de oude varkensstal, die nu weer gevuld kan worden met brandhout voor de winter. Jammer dat het zo'n troep geeft.

Eindelijk....speelkameraadjes! Op vakantie in Monflanquin met vriendje Thomas.

 
Een schaap is veel leuker dan een kasteel.
Bij Chateau Le Bidoire in Ribagnac.


Rob de ridder.

 














Kopje koffie, ridder Rob?
 
 
Middeleeuwse spelen....

De ridders begrepen het tenminste: al het goede komt uit Holland.